top of page
spy ossements (1).jpg

Dating the Middle to Upper Palaeolithic transition in Belgium

Research team

This project is led by Dr Grégory Abrams and Prof Dr Isabelle De Groote in collaboration with Dr Kévin Di Modica (PREP), Dr Stéphane Pirson (AWaP), Dr Thibaut Devièse (Université Aix-Marseille), Prof Dr Tom Higham (University of Vienna), Dr Michel Toussaint (Ugent) and Dr Patrick Semal (RBINS). 

Full details of our other collaborators can be found in the publications.

Neanderthalers verdwenen uit België veel vroeger dan gedacht

Een multidisciplinair team van archeologen, dateringsspecialisten, genetici en antropologen uit België, Engeland en Duitsland rapporteren dat Neanderthalers uit Belgische grotten duizenden jaren ouder kunnen zijn dan eerder gemeld. De exacte timing van het verdwijnen van de Neanderthalers in België blijft daardoor onzeker.

Eerder onderzoek van  de Neanderthalerresten uit de grotten van Spy dateerde ze tot zo’n 36.000 jaar geleden, waardoor deze Neanderthalers de laatst overlevende Neanderthalers in Europa  zouden geweest zijn. Recent onderzoek op de resten uit Spy, Engis en Fond-de-Forêt wijst uit dat deze datering onbetrouwbaar is. 
Thibaut Devièse, Grégory Abrams en collega's herdateerden vier Neanderthalerresten van de Spy grot met een nieuwe dateringsmethode waarbij enkel het aminozuur, hydroxyproline wordt gedateerd. Met deze methode wordt het risico op besmetting door niet-collagene stoffen geminimaliseerd.  De resultaten tonen aan  dat de Neanderthaler resten veel ouder zijn dan eerst gedacht, tot 10.000 jaar in bepaalde gevallen. 
Eerste auteur, Thibaut Devièse legt uit dat “de nieuwe chemische methodes die we toegepast hebben op de Belgische Neanderthalers van Spy, Engis en Fonds-de-Forêt zijn de enige manier waarop we de besmetting kunnen verwijderen voor het dateren van deze belangrijke Neanderthaler botten. De moleculen die we dateren komen dus enkel van het bot, en niet van andere bronnen. 
Waardevolle menselijke fossielen zijn in de loop der jaren geregeld onderworpen aan behandelingen om ze beter te bewaren voor de toekomst. Vaak worden ze verlijmd of verstevigd door conserveringsmaterialen. Deze bevatten meestal koolstof dat in de loop van de tijd steeds moeilijker te verwijderen wordt door radiokoolstofspecialisten. Botten worden ook aangetast door koolstofbesmettingen die aanwezig zijn in archeologische vindplaatsen en ook deze koolstof kan moeilijk los te maken zijn van de koolstof in de botten. Wetenschappers hebben ontdekt dat veel eerdere koolstofdateringen vanwege deze problemen te jong zijn.
Mateja Hajdinjak, van het Max Planck Instituut Leipzig zei: “Een Neanderthaler scapula van Spy produceerde een zeer jonge leeftijd en dit is nu verklaard door onze analyse. Dit bot was zwaar verontreinigd met modern runder-DNA. Deze resultaten suggereren dat het bot is geconserveerd met een lijm die is gemaakt van runderbeenderen. "
Grégory Abrams, van het Scladina Cave Archaeological Center in Sclayn, België zei: We dateerden ook Neanderthalers van twee andere Belgische sites, Fonds-de-Forêt en Engis, en verkregen leeftijden vergelijkbaar met die van Spy. Het dateren van al deze Belgische exemplaren was erg opwindend omdat ze een belangrijke rol spelen bij het begrijpen en de definitie van Neanderthalers. Bijna twee eeuwen na de ontdekking van het Neanderthalerkind van Engis konden we zorgen voor een consistente leeftijd ”.
Op basis van deze nieuw koolstofdateringen schatten de auteurs dat de Neanderthalers uit de regio zo’n 44.200-40.600 jaar geleden verdwenen , veel eerder dan eerder gepubliceerde data aangaf. 
Professor Isabelle De Groote van het departement Archeologie aan de Universiteit Gent die betrokken was bij het onderzoek zegt: “Deze resultaten zetten ons aan om verder te gaan onderzoeken wat er precies gebeurde wanneer moderne mensen toekwamen in België. Troffen ze hier de Neanderthalers aan of vonden ze een leeg land dat al duizenden jaren ervoor verlaten was?”.
Professor Tom Higham van de Universiteit van Oxford, die het PalaeoChron-onderzoeksproject leidt, sluit aan: “Datering is cruciaal in de archeologie, zonder een betrouwbaar chronologisch kader kunnen we er niet echt zeker van zijn de relaties tussen Neanderthalers en Homo sapiens toen onze soort naar Europa kwam zo’n 45.000 jaar geleden en Neanderthalers verdwenen. Net daarom zijn deze methoden zo opwindend, omdat ze veel nauwkeurigere en betrouwbaardere datums bieden ".
De resultaten bewijzen dat robuuste voorbehandelingsmethodes nodig zijn om bij het dateren van Paleolithische menselijke resten elke besmetting te minimaliseren. Analyses van archeologisch bewijs, zoals voorwerpen gemaakt uit bot, worden nu uitgevoerd. 
Grégory Abrams concludeert: “Er wordt nu gewerkt aan analyses van archeologisch bewijs, zoals gereedschap gemaakt uit bot, om onze kennis over de culturele transitie tussen Neanderthalers en moderne mensen in deze regio verder te verfijnen. We moeten de nieuwe resultaten in context plaatsen om uit te leggen wat er gebeurde toen deze twee groepen elkaar ontmoetten ”.

Spy Neanderthals not as recent as once thought.

Maxilla and mandible assemblage of a late Neanderthal from Spy cave
Illustration by Patrick Semal © RBINS

DSC04469.jpg
bottom of page